De federale wegpolitie gebruikt nu ook al heuse camouflagenetten om flitscamera’s langs snelwegen beter te verbergen. Dat blijkt uit foto’s die een bestuurder vanochtend doorstuurde naar de Facebook-groep PolitieControles (PolCon). De federale politie bevestigt: “Dit is beter voor de veiligheid, anders gaan sommige bestuurders vol op de remmen staan en is de kans op ongelukken groter.”
Het gecamoufleerde exemplaar stond vanochtend langs de kant van de E19, ter hoogte van Peutie, een plaats waar op dat moment tienduizenden automobilisten passeren. “Een nieuwe stap in de strijd tegen de honderden Facebook-groepen die verklappen waar de politie staat te flitsen”, luidt het bij de beheerders van
PolCon.
“Dan dichten ze zichzelf toch net iets te veel eer toe”, reageert Peter De Waele, woordvoerder van de Federale Politie. “Het gaat om een toestel van het type Mesta. Dat valt erg op omdat het meer dan een meter hoog is en blinkend zilver van kleur is. Op de plaats waar onze mensen willen controleren, kan die indrukwekkende verschijning mogelijk nadelige gevolgen hebben. Sommige bestuurders die te snel rijden, gaan vol op de rem staan, met gevaarlijke situaties tot gevolg. Bovendien kunnen we ook minder efficiënt controleren als iedereen de camera al van ver ziet opduiken. De oplossing bestaat er dus in om met een camouflagenet te werken.”
Ook in Oudenaarde dook al een flitscamera, verborgen in een vuilnisbak op.Foto: credit
Vuilnisbak
Of het net al vaker is gebruikt, kon De Waele niet kwijt. “Wie een correcte snelheid aanhoudt, hoeft zich daar geen zorgen om te maken. Ik sluit alvast niet uit dat dat in de toekomst nog gebeurt, als dat nodig blijkt.” Twee weken geleden dook in de Vlaamse Ardennen ook al een nieuwe, verborgen techniek van flitsen op: een aangepaste vuilnisbak met aan één zijde speciale openingen.“We kunnen verder staan en draadloos het toestel controleren en bekijken”, klonk het toen bij de agenten. “Bestuurders moeten nu niet meer zoeken naar de flitsauto, maar kijken beter gewoon naar hun snelheidsmeter.”